Wetenschappelijke studies tonen aan dat klimaat- en biodiversiteitsproblemen met elkaar verbonden zijn. De strijd tegen de opwarming van de aarde en de ongekend snelle achteruitgang van de biodiversiteit vereisen onmiddellijke en gezamenlijke actie.
Op Europees niveau hebben beleidsinitiatieven zoals de Green Deal tot doel om Europa tegen 2050 klimaatneutraal te maken en een rechtvaardige transitie te ondersteunen. De Europese Unie werkt ook aan manieren om het verlies aan biodiversiteit tegen te gaan, met ambitieuze doelstellingen voor 2030. Deze beleidsmaatregelen zijn gericht op het herstel van ecosystemen, de bescherming van bedreigde soorten en de bevordering van duurzaam gebruik van hulpbronnen. Ze beïnvloeden het grondgebruik en moeten in aanmerking worden genomen bij het aansturen van de ruimtelijke ontwikkeling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Doelstelling: het gebruik van de grond omkaderen om de biodiversiteit te beschermen
Sinds 1955 neemt de ondoorlaatbaarheid van de bodem in het Brussels Gewest gestaag toe. In 2022 zal de bodemafdekking 53,2% bedragen, wat de verstedelijking van het gewest weergeeft.
Ondoorlaatbaarheid vermindert de oppervlakte volle grond, vergroot de risico's op droogte en overstromingen en draagt bij tot de achteruitgang van de biodiversiteit. Bodemafdekking maakt ook het afvalwater- en regenwaterbeheer moeilijker.
In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is deze ondoorlaatbaarheid ongelijk verdeeld. De meest verharde gebieden bevinden
zich in het centrum van het Gewest. Daar vinden we een hoge dichtheid van bebouwde gebieden en een hoge dichtheid van socio-economisch kwetsbare bevolkingsgroepen. Een deel van de oppervlakte volle grond wordt momenteel niet beschermd door specifieke regelgeving. Een gecoördineerde actie is nodig om een evenwicht te vinden tussen stedelijke ontwikkeling en milieubescherming.
Lees meer over de volgende richtlijnen:
Doelstelling: het gebruik van de hulpbronnen optimaliseren
Gezien zijn administratieve grenzen moet hHet Brussels Hoofdstedelijk Gewest moet de demografische groei weten verzoenen met het optimaliseren van zijn werking binnen de administratieve grenzen. Deze noodzaak heeft een dubbel doel: zijn ecologische voetafdruk, maar ook de energie afhankelijkheid verkleinen.
Volgens Statbel en het Federaal Planbureau zal de bevolking van Brussel licht toenemen tot 2040 en vervolgens afnemen tot 2070. Deze prognoses zijn echter onzeker door onvoorspelbare factoren zoals internationale migratie. Ondanks de gematigde demografische groei blijft de bebouwingsdichtheid toenemen. Dit is vooral te verklaren door de toename van de oppervlakte per inwoner en door decohabitatie. Om deze groei te beperken, zou het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ongeveer 4500 leegstaande woningen beschikbaar kunnen maken, maar ook kantoorruimte kunnen omzetten in woningen. Andere mogelijkheden zijn het optimaliseren van bestaande gebouwen door gedeeld gebruik, verdichting en tijdelijke invulling.
Deze initiatieven zijn van essentieel belang omdat ze het gemakkelijker maken de doelstellingen van het Nationaal Energie- en Klimaatplan (NEKP) te bereiken, dat de uitstoot van directe broeikasgasemissies (BKG) wil verminderen. Het plan roept ook op tot de productie van 1.250 GWh hernieuwbare energie en 21% van het uiteindelijke energieverbruik, d.w.z. 470 GWh lokaal geproduceerd, tegen 2030.
Lees meer over de volgende richtlijnen: